Reptielen

Diëten en voeding

Dieet algemeen

Een groot deel van de problemen die we bij reptielen zien die als gezelschapsdier worden gehouden zijn het gevolg van parasieten en fouten in de huisvesting en de voeding. Fouten in de voeding hebben deels te maken met gebrek aan kennis en onvoldoende regelgeving, maar ook met onvoldoende besef van de natuurlijke omstandigheden die van invloed zijn, zoals een goed functionerend maag-darmkanaal, het dag en nacht ritme, zonlicht en beweging. Dieet adviezen en het belang van goede voeding kunnen dan ook niet los gezien worden van andere factoren. Osteoporose bij de mens is immers ook veel meer dan een tekort aan melk tijdens de jeugd.

Dieet voor landschildpadden

  • Volwassen dieren minimaal 3x per week voeren.
  • Jonge dieren iedere dag voeren.
  • Iedere maaltijd calciumpreparaat toevoegen.
  • Iedere 2-4 weken vitaminepreparaat toevoegen.

Hoe meer variatie des te beter

Maak een gemengde salade van 2 of 3 van de onderstaande bladgroenten. U kunt eventueel wat fruit toevoegen (minder dan 5%!). De salade kunt u voor een paar dagen maken en vervolgens in de koelkast bewaren. Op het moment dat u de salade gaat voeren moet deze wel op kamertemperatuur zijn.

Groenten (tenminste 95%)

  • Grotendeels donkere bladgroenten. Boerenkool, kool (donkere bladeren), plantgedeelte van radijs of bieten, paardenbloemen, paksoi, broccoli. Gras, klaver of onkruid uit de tuin (pas op want niet alle tuinplanten zijn eetbaar).
  • Matig voeren: spinazie, sla, waterkers, boontjes, alfalfa, wortelen, maïs, bloemkool.

Fruit dus maximaal 5%

0-5% Eiwitrijke voeders

Het voeren van eiwitrijke voeders is afhankelijk van de schildpadsoort. Volgens sommige bronnen kunnen afwijkingen optreden bij een te eiwit-/energierijk dieet. De denken valt aan te snelle groei bij jonge dieren, leververvetting of nierproblemen bij oudere dieren. Mits in zeer beperkte gebruikt is het onwaarschijnlijk dat katten-/hondenvoer schadelijk is voor de gezondheid van landschildpadden.

Dieet voor waterschildpadden

  • Volwassen dieren tot 3x per week voeren.
  • Jonge dieren iedere dag voeren.
  • Voer zo gevarieerd mogelijk.

Grootste deel van het dieet

Hele dieren zoals muizen, wormen, tubifex, slakken, garnalen, ontdooide vis zoals guppen en forel.

Klein deel van het dieet

Visvoer, insecten (bijvoorbeeld wasmotten, krekels, meelwormen, vliegen, motten, sprinkhanen), kleine beetjes rundvlees en kip.
Oudere schildpadden worden steeds meer alleseters (omnivoor). Geleidelijk steeds meer donkere bladgroenten bijvoeren (boerenkool, spinazie, kool, waterkers, andijvie, paksoi), eendenkroos, wortel en fruit.

Extra vitaminen en mineralen

Toevoegen van vitaminen en mineralen gaat erg lastig als de dieren in het water gevoerd worden.

  • Poeders eventueel oplossen in een klein beetje water en injecteren in het voer.
  • Toevoegen aan de balletjes die van sommige voedingsmiddelen kunnen worden gedraaid.
  • Extra kalk kan ook toegevoegd worden in de vorm van eierschalen of sepia (soort inktvisschild dat ook wordt gebruikt voor vogels).

Dieet voor groene leguanen (iguana iguana)

Al het plantaardige materiaal moet worden gewassen en fijngehakt (keukenmachine werkt goed) en goed gemengd. Zo ontstaat een uitgebalanceerde voeding die in zijn geheel wordt opgegeten en waar niet alleen de lekkere dingen uitgevist kunnen worden. Het voer kan voor 4 tot 7 dagen worden bereid mits koel bewaard. Voeren op kamertemperatuur. Het is voor de vertering het beste om een leguaan pas te voeren als hij goed opgewarmd is door de warmtebron. Het voer dat niet opgegeten wordt, moet u ’s avonds weer weghalen. Oudere dieren kunnen grotere stukken voer aan (in de natuur eten ze hele bladeren) maar het risico bestaat dat ze gaan ‘ziften’ in hun eten.
Onderstaand dieet kan dagelijks gevoerd worden; overvoeren is bijna onmogelijk met dit dieet. Iedere maaltijd bestaat uit ingrediënten uit alle vijf categorieën:

  1. Calciumrijke bladgroenten. 40-45 % van het totaal, liefst 3 of meer van de volgende ingrediënten:
    Het groene gedeelte van knolraap, wortelen, waterkers, paardenbloemen en andere bloemen, andijvie, peterselie, mint, klaver, koriander. Dit alles uiteraard zonder bestrijdingsmiddelen.
    Met mate te gebruiken:
    Spinazie, snijbiet, het groen van bietjes (veel oxalaten, bindt calcium), boerenkool, paksoi en broccoli (bevatten stoffen die jodiumopname door schildklier remmen waardoor deze onvoldoende functioneert). De meeste slasoorten bevatten in vergelijking met donkere bladgroenten te weinig voedingsstoffen.
  2. Andere groenten. 40-45% van de hoeveelheid voer mag bestaan uit allerlei soorten bonen, pompoenen, paprika en champignons. Wees zuinig met het voeren van wortelen aangezien deze oxalaat bevatten. Verder zijn groenten met weinig voedingswaarde geschikt, zoals: komkommer, tomaten, uien, olijven, radijs en courgette.
  3. Alfalfa. Dit is een goede bron van vezels en eiwit. Gebruik niet de jonge kiemen maar de oudere en/of groenere plantendelen. Alfalfa is vaak ook in tablet- of korrel/pelletvorm te krijgen. Hier zitten nogal wat kwaliteitsverschillen in; lees goed de verpakking!.
  4. Fruit. Fruit bevat weinig voedingsstoffen, weinig eiwitten en calcium, en veel fosfor. Pas op met het voeren van druiven en rozijnen! Deze zijn mogelijk niet veilig (zie ook vergiftigingsverschijnselen bij honden).
  5. Vitaminen/mineralen. Calcium en vitaminen A, D, E en K kunnen te weinig, maar ook te veel gegeven worden. Er zijn veel verschillende commerciële producten, ieder met een andere samenstelling. Een richtlijn voor vitaminen is de verhouding: 100 delen vitamine A, 10 delen vitamine D3, 1 deel vitamine E. Mineralen: calcium carbonaat of calcium gluconaat.

Voeren van jonge dieren
Vitaminen: 4-5 keer per week.
Calcium: 7 dagen per week een snufje tussen duim-en-wijsvinger.

Voeren van volwassen dieren
Vitaminen: 2-3 keer per week. 1 pinch per 2 kilo (= 2 Amerikaanse ponden).
Calcium: 4-5 keer per week.
De meeste poeders zijn niet erg smakelijk en kunnen beter door het eten worden gemengd. Richtlijn: als je het poeder na mengen nog kunt zien is er niet goed gemengd of is er te veel poeder gebruikt..

Infecties en parasieten

Bloedmijt

Bloedmijten zijn parasieten die voornamelijk bij reptielen en vogels voorkomen. Voor het gemak concentreren we ons in onderstaande tekst op de reptielen, maar dezelfde regels gelden ook voor vogels. Overdag houden bloedmijten zich voornamelijk schuil in de leefomgeving van uw dier, ’s nachts komen ze te voorschijn om bloed te drinken bij de slapende dieren. Deze mijten zijn dus hoofdzakelijk ’s nachts actief. U kunt hier gebruik van maken door als het donker is de lamp van het terrarium aan te doen. Soms kunt u ze dan massaal zien rondkruipen. Een andere truc om hun aanwezigheid beter te kunnen waarnemen, is door (een deel van) de bodem van het dierverblijf te bedekken met wit papier zodat de bloedmijt zich duidelijker aftekent. Soms zijn ze makkelijk zichtbaar op bijvoorbeeld de ruiten van een terrarium. Realiseer u goed dat er altijd (veel) meer bloedmijten zijn dan u ziet!

Oorzaak

Voor bijna alle parasieten geldt dat ze onder natuurlijke omstandigheden voor kunnen komen. Besmetting van uw terrarium vindt plaats door insleep van geïnfecteerde dieren of materialen. Reptielen kunnen bij aankoop al besmet zijn. Maar insleep kan ook plaats vinden via bodembedekking of andere nieuwe materialen (meestal van hout) in het terrarium.

Schade

Bloedmijten kunnen op twee manieren de gezondheid van uw dieren benadelen. Ten eerste door het zuigen van bloed. Bloedmijten leven van bloed. Als het donker wordt gaan ze op zoek naar slapende dieren. Ze steken deze, zuigen zich vol en verstoppen zich weer. Hoe meer bloedmijten, des te meer bloed ze nodig hebben. Bij massale infecties kan dat tot bloedarmoede leiden.
Ten tweede geven de bloedmijten onrust. Alhoewel ze voornamelijk ’s nachts actief zijn, is een klein gedeelte vaak ook overdag actief. De mijten die tussen de schubben zitten zorgen voor ongemak en jeuk. Als u onrustige of schurende dieren ziet, kan dit het gevolg zijn van bloedmijten of mogelijk van andere parasieten.

Behandeling met ivermectine

Een geschikt middel ter bestrijding van bloedmijt is Ivermectine. Het behandelen van de leefomgeving van het dier is minstens zo belangrijk als het behandelen van het dier zelf. Er word een oplossing gebruikt van 5 milliliter Ivermectine op 1 liter water (0.5%). Het dier kan worden ingesprayd met een plantenspuit of ingesmeerd met een watje of washandje. Het is van belang om ook dieren die geen verschijnselen vertonen te behandelen. Ook in het dierverblijf moeten de schuilplaatsen van de mijt grondig worden behandeld met deze oplossing.
Niet alle reptielen zijn geschikt voor de behandeling met ivermectine.

Reinigen van het terrarium

Alle materialen in het terrarium die eenvoudig te vervangen zijn, zoals bijvoorbeeld bodembedekking, kunt u het beste ook allemaal vervangen. Overige materialen kunnen gedurende 30 minuten worden verhit in een circa 180-220 graden warme oven. Denk daarbij om mogelijk brandgevaar (bijvoorbeeld hout)! Plastic onderdelen kunnen het beste ingesmeerd/gesprayd worden. Het lege terrarium dient u zorgvuldig te bespuiten met de Ivermectine-oplossing. Besteed hierbij extra aandacht aan kieren, gaten en naden. Voor alle zekerheid dient u ook het deksel, de onderkant en de buitenkant van de bak te behandelen. Een verlijmde kurken achterwand is een lastig oppervlak om goed te behandelen.
De behandeling na een week herhalen en eventueel na twee weken nog een keer.

Darmparasieten en fecesonderzoek

Darmparasieten komen veelvuldig voor bij reptielen en zijn meestal ook de oorzaak van conditieverlies of ziekte. Hier moet dus altijd aandacht aan worden besteed, bijvoorbeeld als periodieke controle bij nieuwe aankopen of als er zorgen zijn over de gezondheid. Er zijn verschillende parasieten die ieder hun eigen specifieke behandeling en betekenis hebben. Onze kliniek is zeer goed thuis in dit microscopisch onderzoek van ontlasting. Zie bijvoorbeeld wormeieren bij reptielen op onze pagina. De tarieven voor dit onderzoek kunt u vinden op de pagina tarieven.

Aandoeningen

Behandeling schildpad met schildrot

Deze roodwangschildpad wordt onder narcose geholpen aan schildrot. Schildrot is een ziekte waarin vele factoren meespelen zoals gezondheid en weerstand van het schild, waterkwaliteit, beschadigingen van het schild enzovoorts. De schildpad wordt onder narcose gebracht waarna het rottend schildweefsel wordt weggenomen. Immers, dit rottend weefsel is de voedingsbron voor de verdere uitbreiding. Zie foto 1. Als de aangetaste plek groot is, wordt de kiemlaag van het schild (de lederhuid) afgedekt met een kunsthars die zeer goed hecht aan verhoornd weefsel. Zie foto 2.

Foto 1: wegfrazen van het zieke materiaal onder narcose.

Foto 2: reparatie van het schild met kunstmateriaal.

Oorabcessen bij de schildpad

Bij waterschildpadden komen regelmatig abcessen aan één of beide oren voor. Aan een kant of soms aan beide kanten van de kop is dan een fikse zwelling te zien.
Het abces op zich is meestal goed te genezen. Maar omdat de schildpadden vaak niet onder optimale omstandigheden worden gehouden ligt de kans op recidieven (herhaling) vaak op de loer. De oorzaak van oorabcessen is gelegen in vele factoren van de leefomgeving van de schildpad. Huisvesting en voeding hebben een belangrijke invloed op de algemene gezondheid van de schildpad en op het voorkomen van oorabcessen.

Huisvesting

  • Temperatuur
    Voor iedere schildpadsoort geldt een andere ideale omgevingstemperatuur. Zorg dat u deze kent en probeer deze zoveel mogelijk te handhaven in de leefomgeving van het dier. Als u een thermostaat heeft, controleer dan of deze nog goed functioneert en of hij goed staat ingesteld.
  • Waterkwaliteit
    Het water voor de schildpad moet uiteraard schoon zijn. Immers, in schoon water komen weinig bacteriën en is de kans dus kleiner dat er gevolgen voor het dier ontstaan. Ververs het water regelmatig en/of zorg voor een pomp om de waterkwaliteit hoog te houden.

Voeding

In de natuur eet de waterschildpad zeer gevarieerd allerlei levende beestjes en blaadjes die hij in het water vindt. Dit is een groot contrast met hoe schildpadden in een terrarium worden gevoerd.
Vooral bij het voeren van kant-en-klaar voer kunnen voedingstekorten ontstaan. Bij dieet voor waterschildpadden vindt u meer uitgebreide informatie over een verantwoord dieet voor de schildpad. Als huisvesting en voeding niet optimaal zijn, kan dat op langere termijn een negatieve invloed hebben op de gezondheid van de schildpad in de vorm van een lagere weerstand. Dit kan zich uiten in oorontsteking, schildrot of een andere aandoening.

Behandeling

Om het abces van het middenoor te kunnen behandelen moet het trommelvlies worden geopend en al het ontstekingsmateriaal worden verwijderd. In een deel van de gevallen heeft de infectie via de verbindingsbuis van het middenoor naar de keel (de buis van eustachius) een weg gevonden naar de keel en moet het daar ook behandeld worden.

Een wateragaam met een stuk hout in zijn darm

1 = maag; 2 = maaguitgang; 3 = dunne darm; 4 = insnoering en 5 = stukje hout.

Het eten van vreemde voorwerpen wordt pica genoemd. Deze wateragaam wilde sinds 3 weken niet meer eten. Met behulp van een röntgenfoto kon de oorzaak worden gesteld. Achterin de darm is een object (een stukje hout) (5) zichtbaar. Deze foto is gemaakt op een speciale film met een hoog detail uit de tandheelkunde. De darmen zijn nu zichtbaar door het ingeven van barium, 16 uur voor het nemen van de röntgenfoto. Zonder deze techniek is een foto van de buik van een hagedis weinig informatief.

a
a

Nagels knippen of niet?

Leguanen maar ook andere reptielen kunnen opvallend lange en scherpe nagels hebben. Dit is echter meerstal normaal omdat ze zich hiermee vast kunnen houden en in bomen kunnen klimmen. Scherp zijn ze natuurlijk wel!

Foto met dank aan Stephanie B

 

a

Sectio op een baardagaam met legnood

Legnood of dystocia

Reptielen vrouwtjes kunnen ook eieren leggen als ze “alleenstaand” zijn. Zonder de aanwezigheid van een mannelijk exemplaar zijn deze eieren natuurlijk niet bevrucht. Dit is vergelijkbaar met het eieren leggen van bijvoorbeeld de kip. Het kan voorkomen dat de vrouwtjes wel eieren vormen in hun buik maar deze niet kunnen leggen. De voornaamste verschijnselen zijn daarbij onrust, overal graven en niet eten. Uiterlijk is er weinig aan te zien. De buik voelt wat vol aan. Soms hebben de dieren wat moeite met ademen. Verder gedragen ze zich vrij normaal. De oorzaak van het niet eieren kunnen of willen leggen is niet altijd duidelijk. maar zoals met bijna alle problemen met reptielen is de oorzaak vaak gelegen in de huisvesting of de voeding.

  • Nestomgeving: het kan zijn dat ze niet wil leggen omdat de nestomgeving niet geschikt lijkt voor haar kroost: onveilig te licht, te druk of met een ongeschikte bodem.
  • Voeding: reptielen zijn gevoelig voor een tekort aan calcium. Dit kan komen omdat de voeding te weinig of een verkeerde soort calcium bevat, die de darmen niet goed kunnen opnemen. Ook kan het zijn dat de reptielen te weinig zonlicht of beweging krijgen. Voldoende calcium geven is altijd verstandig, maar dit geldt zeker voor eierleggende reptielen.
  • Gezondheidsredenen: Problemen die kunnen optreden met de eieren: de eieren zijn te groot, aan elkaar verkleefd, of abnormaal van vorm. Ook kan het oviduct (legbuis) gezwollen of verkleefd zijn, kortom allerlei redenen waarom een ei er gewoonweg niet uit kan.

In gevallen waarbij de eieren er niet uit kunnen is het natuurlijk niet zinvol middelen toe te dienen die het leggen van eieren bevorderen. De problemen worden dan alleen maar groter. Zolang de hagedis alert en attent is, geeft dit nog ruimte om af te wachten. Zodra ze suffer en sloom worden is het verstandig om actie te ondernemen. Het operatief verwijderen van de eieren onder narcose is dan mogelijk. Zie het filmpje hieronder om te zien hoe zo’n operatie in zijn werk gaat.