Algemeen

Voeding van de hond

Kant-en-klaar hondenvoer

Gezien de claims van de fabrikanten, zou uw hond gezond moeten kunnen leven op de aangeboden commerciële voeders. Ook de vermelding ´zonder toegevoegde geur- en smaakstoffen´ klinkt als een aanbeveling. Ware het niet dat deze stoffen al vanaf de jaren ’70 verboden zijn voor álle voedsel voor mens, honden en katten. Suikers (voor de smaak) en bietensap (voor de kleur) zijn de opvolgers van deze stoffen. Onze huishond is vaak geen topatleet. Hij wandelt wat en net als wij, eet hij vaak ook niet helemaal gezond. Kant-en-klaar hondenvoer lijkt een goede totaaloplossing. In brokken en blikvoer worden echter vaak te veel plantaardige vetten gebruikt omdat deze door de fabrikant makkelijker te verwerken zijn dan vetten van dierlijke oorsprong. Deze plantaardige vetten zijn echter minder goed voor de hond. Een goed alternatief is diepvriesvoer (vlees). Maak u niet ongerust over het feit dat uw hond geen brokjes eet en als gevolg daarvan geen sterkte tanden zou krijgen. Honden schrokken hun eten naar binnen of pletten het. Normale brokjes zijn te klein om op te ´kauwen´. Sinds kort bestaan er zulke grote brokken dat de hond verplicht is erop te kauwen om ze te kunnen eten. En wilt u écht een keuze maken? Laat dan het voer staan waarop de samenstelling niet is vermeld!
Bent u het een beetje moe, de werkelijk vele honderden (eigen) merken, de vermeldling op de zak dat er allemaal top ingrediënten zijn gebruikt. De beloftes waarvan de een nog mooiere beloftes doet als de anderen. En als u hond er niet goed op reageert,  bent u altijd de eerste die dat merkt. Zo te horen zou het met het voer allemaal dik in orde moeten zijn, toch hebben zeer veel honden een slechte darmfunctie of regelmatig diarree.
Als dierenarts zijn we al deze verhalen behoorlijk moe. Terwijl  het eigenlijk zo  simpel is. U heeft namelijk alles wat  goed is als voedsel  in huis, namelijk in onze eigen keuken. Echter de commercie heeft ons allemaal zo in onze greep dat we bang zijn om datgene wat voor ons gezond is, aan onze hond te geven,

Schijf van vijf

De meeste Nederlanders kennen hem wel; de schijf van 5. Het is dé leidraad voor gezond, lekker en veilig eten, opgesteld door het voedingscentrum.

De 5 vakken van de schijf van 5:

  1. Groente en fruit.
  2. Brood, (ontbijt)granen, aardappelen, rijst, pasta en peulvruchten.
  3. Zuivel, vlees(waren), vis, ei en vleesvervangers.
  4. Vetten en olie.
  5. Dranken

Wat veel mensen niet weten is dat de hond tot nog niet eens zo lang geleden, gewoon met de pot mee at. Een goede voeding voor de hond bestaat uit 3 van de 5 vakken van de Schijf van Vijf. Geef hem elke dag uit de vakken groente en fruit, granen, en zuivel en vlees. Een hond heeft geen fruit nodig voor vitamine C maar voor de vezels die het bevat. Bovendien vinden veel honden fruit lekker. (Vet) vlees en (ongekruide) jus kunt u uw hond probleemloos geven, mits in beperkte mate en als de hond niet te dik is. Een hond mag maximaal 0,9% zout per dag hebben. Dergelijke hoeveelheden zit alleen in soep. Het kan geen kwaad voor de hond, eigenlijk krijgt hij er alleen maar dorst van. U hoeft niet bang te zijn voor een calciumtekort: dit komt eigenlijk nooit voor. Als de hond te veel brood en/of vlees eet, kan er wel een onbalans tussen calcium en fosfor ontstaan.

Toegevoegde stoffen

Als sinds de jaren ’70 mogen in voedingsmiddelen voor mensen, honden en katten alleen natuurlijke geur-, kleur- en smaakstoffen worden verwerkt. Etiketten vermelden nog vaak welke natuurlijke smaakstoffen zijn toegevoegd. Eigenlijk is dit volstrekt overbodig omdat het dus als zo’n 40 jaar verboden is om niet natuurlijke stoffen toe te voegen.

Op een etiket van voedingsmiddelen kunt u de volgende E-nummers aantreffen:

E260 Azijnzuur
E270 Melkzuur
E162 Bietenrood
E150 Caramel
E160 Paprika-extract (natuurlijk oranje)

Kluifjes

Aan kluifjes en tandensticks worden geen eisen gesteld qua samenstelling. Het is immers slechts bijvoeding en als gevolg hiervan worden alle restproducten van de voedingsindustrie erin verwerkt. Met name vetten zijn hiervoor erg populair. Kluifjes en tandensticks moeten maar aan één eis voldoen: de hond moet ze lekker vinden! Kluifjes zijn dan ook een grote stoorzender voor de gezondheid van de hond. Doordat ze wisselend van samenstelling zijn, kunnen ze een grote diversiteit van klachten veroorzaken of bijdragen aan andere gezondheidsproblemen, zoals:

  • Jeuk.
  • Maagklachten, gras eten, borrelende darmen, winderigheid, slijm of slappe ontlasting.
  • Huidproblemen waaronder oorontsteking, lipplooi-problemen, lies- en oksel problemen, lokale irritatie van de huid (hot spots).
  • Darmklachten.
  • Epilepsie.

Omgerekend per kilo lichaamsgewicht zijn deze extraatjes vaak erg prijzig. Bovendien leveren ze voor veel geld een grote kans op problemen op. Wij adviseren u uw hond op een andere manier te belonen of te verwennen. Geeft hem gewoon een brokje van zijn eigen voer en als dat niet mag van bijvoorbeeld de hondenschool, een voedingsmiddel uit eigen keuken zoals een stukje wortel, paprika, appel of komkommer. U kunt hem ook (met mate gevoerd) wat kaas, brood, een plakje ham of een rijstwafeltje geven. Wees voorzichtig met het geven van worst en dergelijke. Net als met hondensnacks worden hier veel restproducten in verwerkt en worden niet zelden met natuurlijke smaak- en kleurstoffen zoals caramel en bietensap gewerkt. Lekker en veilig om op te kauwen zijn varkensoren en ouderwetse gekookte soep beenderen. Let er wel op dat de maat past bij de hond.

Voedingsinformatie op etiket

Voor humane consumptie geldt dat alle voorverpakte producten uitgebreide informatie moeten bevatten over de exacte inhoud. Of het nou om een Maria kaakje gaat of een medicijn van de drogist, we willen als mens immers graag weten wie het heeft gemaakt, waar het vandaan komt en wat er precies in zit. In de dierenwereld geldt deze verplichting niet. Dit heeft tot gevolg dat producten worden voorzien van prachtige plaatjes en mooie kreten als vers vlees of verse groenten zonder dat er gedetailleerde informatie over de werkelijke inhoud op de verpakking is te vinden. Informatie als ´ingedroogd dierenmeel´, ´gehydrolyseerd gevogelte´, ´bietenpulp´ en ´maisgluten´ zult u niet zo duidelijk zichtbaar op een verpakking aantreffen. Toch zijn het vooral deze ingrediënten die veel gebruikt worden en de nodige zorgen geven.
Er zijn de nodige ´ongelukken´ geweest met voedingsmiddelen voor mensen waarvan de herkomst niet duidelijk was. Meer informatie over de producent en het land van herkomst zou wenselijk zijn. Ook op de website is meestal weinig informatie over gebruikte grondstoffen te vinden en veel verbloemende taal verhult de exacte inhoud en/of receptuur van het product. Verder is het opvallend hoeveel merken er zijn: geen honderden maar werkelijk duizenden! Bij nader speurwerk blijkt echter dat veel van deze merken uit dezelfde fabriek komen. Door deze duizenden merknamen en doordat voeren van dezelfde fabriek onder tientallen namen worden verkocht aan zeer uiteenlopende leeftijden en rassen is er ook geen feedback over de kwaliteit mogelijk. Je komt eenvoudigweg niet veel hondenbezitters tegen die hetzelfde voer gebruiken. Alleen dierenartsen en fokverenigingen wisselen op dit punt informatie uit.

Dierenvoer en gezondheid

Getest dierenvoer

Voeding heeft een zeer grote invloed op de gezondheid. Het gaat daarbij niet alleen om de kwaliteit en de aard van de gebruikte grondstoffen. Zeker zo belangrijk is hoe uw huisdier er op doet. Dit laatste kunt u met wat hulp prima zelf beoordelen. Voor een goed dierenvoer is meer nodig dan kwalitatief goede en juiste grondstoffen en een goede smaak. Soms worden ook uitgebreide kwaliteitscontroles, smaaktesten en houdbaarheids- en voedingsproeven uitgevoerd. Dit is zo echter zo kostbaar dat slechts enkele fabrikanten dat doen.
Veel producenten van dierenvoeding doen dan ook claims die ze niet proefondervindelijk hebben vastgesteld zoals ´goed voor de botten´ of ´goed voor het gebit´. Op zijn best zijn deze claims terug te voeren op onderzoeken van andere fabrikanten. Soms zijn deze claims zelfs klinkklare onzin! Door de duizenden merknamen en doordat voeding van dezelfde fabrikant onder tientallen namen worden gevoerd aan dieren van zeer uiteenlopende leeftijd en rassen, is er ook geen feedback over de kwaliteit mogelijk. Alleen dierenartsen en fokverenigingen wisselen op dit punt informatie uit.
Dierenartsen die voer verkopen, worden als eerste geconfronteerd met de gevolgen van dit voer voor de gezondheid.
Dit heeft twee consequenties:

  1. De diervoerindustrie is voorzichtiger in wat ze aanbiedt en claimt.
  2. De dierenarts weet als eerste wat de gevolgen zijn van het voer voor de gezondheid van het dier.

Hond aan tafel, voeding uit de eigen keuken

Daarnaast heeft de macht van de commercie ook in de voerindustrie geleid tot een onderschatting van de kwaliteit en de mogelijkheden van de eigen keuken. Vooral voor honden geldt dat het voedingspatroon sterk lijkt op dat van ons. Het met de pot mee-eten is dus bepaald geen misdaad indien u zelf ook gezond eet. Honden zijn wat beter ingesteld om het verteren van dierlijk vet dan wij. Mensen zijn weer meer koolhydraat-eters. Het randje vet of de jus is dus juist goed voor uw hond, mits hij niet te dik is. In de jaren na de oorlog was het voedingspatroon van de mens en daarmee dat van de hond nog erg eenvoudig. We aten vooral aardappelen, wat vet spek en wat kool. Andere groentes waren veel te kostbaar. Tegenwoordig is de voerindustrie meer een verzamelplek van afvalproducten vanuit de voedselketen. Kort en wat negatief samengevat: alles wat wij met veel zorg uit ons voedsel weren of wat wij niet lekker vinden of wat nutteloos is (maisgluten, rijsteiwit) probeert de voedselindustrie alsnog in het voer van uw huisdier te verwerken. Het belangrijkste voor diervoeders is de smaak en de prijs. Daarnaast moet de verpakking er aantrekkelijk uitzien en noden tot kopen. Een product dat er aantrekkelijk uitziet en goed wordt gegeten, wordt immers beter verkocht.

Voedingsafval

Gezondheid begint met goede voeding. Na productie voor menselijke consumptie blijft steeds meer voedingsafval over. De mens eet luxer en derhalve blijven er meer producten onverkocht. De kipfilet en poten worden gegeten, het karkas blijft over. Mooie mais- en rijstkorrels worden gegeten, de breukproducten en het omhulsel blijven over. Deze restproducten vindt u terug in de samenstelling van dierenvoer onder de beschrijving maisgluten, rijstgluten en gevogelte. Omdat er feitelijk geen verplichtingen en kwaliteitscontrole is en de grondstoffenmarkt volledig ondoorzichtig is, kunnen deze benamingen van alles betekenen en is absoluut niet duidelijk welk restproduct is verwerkt. Hill´s heeft hier een eind aan gemaakt met de introductie van de voedingsserie Natures Best. Hiervan is precies bekend waar de gebruikte grondstoffen vandaan komen en welke bewerkingen ze hebben ondergaan. Dierlijke grondstoffen zijn aan bederf onderhevig en koelen en vriezen is een dure manier van conservering. Daarom worden veel producten gedroogd en gehydrolyseerd. Hiermee boet het product wel aan kwaliteit in. De bio-industrie is tegenwoordig zeer kritisch als het gaat om grondstoffen. Veel inferieure afvalproducten verdwijnen in het dierenvoer.

Bestrijdingsmiddelen

Volgens de voorschriften van de milieuwetgeving moet het vermeld worden dat een bepaald product pesticiden bevat. Deze verplichting is vreemd genoeg niet van toepassing op middelen ter bestrijding van vlooien of teken. Wij weten niet welke pesticiden of andere werkzame stoffen erin zitten, weten niet wat te verwachten verwerking is en we weten niet wat de invloed van het gif om het dier is. En toch geven we onze dieren deze giftige producten. Met wormenmiddelen is het helemaal tasten in het duister. U kunt immers vaak niet zien of uw huisdier vormen heeft en zo ja, welke soort wormen dit zijn.

Wormenmiddelen en het paard

De overheid van Nederland beschermt vooral de mens. Het geven van medicijnen en het gebruik van insecticiden bij dieren die de voedselketen ingaan, is dan ook zeer gedetailleerd geregeld. Onlangs zijn daar de wormmiddelen aan toegevoegd. Omdat paarden potentieel tot de menselijke voedselketen behoren zijn deze wormmiddelen vanaf eind 2008 alleen nog maar via de dierenarts te koop. Dit betekent dat er dan voor paarden alleen maar veilige wormmiddelen te koop zijn waarvan bekend is tegen welke wormen ze effectief zijn, hoe lang en wat de werking is. Wormmiddelen die u in 2009 buiten de dierenarts om kunt kopen, zijn dan ook illegaal en de werkzaamheid moet in twijfel worden getrokken.

Ongediertebestrijding bij gezelschapsdieren

Naast allerlei achterhaalde voorschriften voor de minimale gehaltes in diervoeders en algemene maatregelen ter bescherming van het milieu bij gebruik van insecticiden, is er nauwelijks controle op wat voor onze huisdieren in de verkoop is. Een goed begin zou zijn om bij producten voor dieren, net als bij producten voor mensen, exact te vermelden welke (grond)stoffen zijn gebruikt. Op deze manier kunnen wij u als dierenarts beter adviseren over de mogelijk te verwachten resultaten en gevolgen bij het gebruik van bepaalde producten. Als eigenaar van een huisdier kunt u hieraan meewerken door geen producten te kopen waarvan (ook niet via de website), de exacte samenstelling is te achterhalen.

Overgewicht: hoe kan overgewicht worden voorkomen?

Zie ook het gewichtsconsult bij onze paraveterinair.
Net als bij mensen is overgewicht bij huisdieren ongezond. Bovendien kan het een aantal kwalen verergeren, zoals artrose bij de hond en blaasproblemen bij de kat. Uit recent onderzoek is gebleken dat ongeveer 45% van de Nederlandse honden en 35% van de Nederlandse katten te zwaar is. Dit probleem speelt dus niet alleen bij uw eigen huisdier. Overgewicht wordt vaker gezien bij bepaalde rassen, vrouwelijke dieren, gecastreerde of gesteriliseerde dieren, oudere dieren en honden en katten met een aangeboren aanleg. Een goed dieet kan helpen overgewicht te voorkomen.
De meest praktische manier om overgewicht vast te stellen is door het vet op de ribben te voelen. Er is sprake van overgewicht wanneer de ribben moeilijk voelbaar zijn met de vlakke hand, omdat ze bedekt zijn met te veel vetweefsel. Overgewicht ontstaat in de meeste gevallen door fouten in de manier van voeden, bijvoorbeeld door het geven van te veel voeding, te veel “tussendoortjes” of te veel tafelresten. Sommige dieren kunnen overgewicht ontwikkelen door lichamelijke afwijkingen zoals schildklier- en hormoonproblemen, of door medicijngebruik. Deze oorzaken zijn echter zeldzaam. Uw hond of kat wordt bijna altijd te dik door te veel eten, meestal in combinatie met te weinig lichaamsbeweging.
Hoe kunt u uw huisdier helpen een fit gewicht te bereiken? Uw hond of kat verliest gewicht door minder energie op te nemen dan hij/zij nodig heeft. Het lichaam zal het eigen vetweefsel afbreken om toch de benodigde energie voor bijvoorbeeld beweging en andere functies in het lichaam te verkrijgen, met gewichtsverlies als resultaat. Een fit gewicht wordt op een succesvolle manier bereikt door een combinatie van:

  • Verlaagde energieopname door een speciaal, energiebeperkt dieet.
  • Verhoogd energieverbruik door meer beweging.
  • Veranderen van fout aangeleerd gedrag zoals bedelen, in de hand gewerkt door het geven van “tussendoortjes”.

Bedenk dat de meeste etensresten toch al ongeschikt zijn voor huisdieren. Zeker als ze al te dik zijn. Bovendien vergeet men vaak wat dit soort ongezonde tussendoortjes voor het dier betekenen uitgedrukt in menselijke termen (uitgedrukt voor een vrouw van 1,63). Hieronder een indruk van dit soort verhoudingen:

Tussendoortje voor hond van 10 kg  Aantal hamburgers voor de mens Aantal chocoladerepen (50 g) voor de mens
1 klein droog koekje 1 1
1 snee toast met boter 1 1
30 gr kaas 1,5 1,5
Tussendoortje voor kat van 4,5 kg Aantal hamburgers voor de mens  Aantal chocoladerepen (50 g) voor de mens
1 chipje 0,5 0,5
30 gr kaas 3,5 4
1 kopje melk 4,5 5
 Gewicht (gr) Kcal
Aardappelen 50 40
Andijvie 50  5
Bietjes 50 10
Bleekselderij 50 5
Bloemkool 50 5
Broccoli 50 10
Bruine bonen 50 55
Kapucijners 50 55
Courgette 50 15
Doperwten 50 30
Komkommer 115 10
Koolrabi 45 10
Maïs 50 35
Paprika 80 20
Rode kool 50 10
Snijbonen 50 10
Sperziebonen 35 10
Spinazie 70 10
Spruitjes 60 10
Tomaat 70 10
Tuinbonen 40 15
Ui 50 10
Witlof 60 5
Witte bonen 50 55
Wortel 55 15
Zuurkool 55 5